Het kuipwerk van een RSV(4) slopen om er een roadster van te maken, is sinds jaar en dag het waanzinnige succesrecept voor de Aprilia Tuono: ultrastrak rijwielgedeelte, laag stuurtje in plaats van clip-ons, hoge zit, fenomenale Brembo remmenwinkel, Öhlins veerwerk en uiteraard die loeier van een V4 down-under. Voor 2019 doet Aprilia er nog even semi-actieve vering bovenop voor de Factory. Maakt die update ‘m nog gekker, of juist geniaal?
Tekst Jelle Verstaen Fotografie Thierry Dricot
Afgezien van bovengenoemde upgrade, bijbehorend dashboard-icoontje en de Superpole-kleurstelling is er eigenlijk niet zoveel veranderd ten opzichte van 2018. Vooral de twee zwarte, rubberen slangetjes die uit de vorkpoten priemen, verraden dat juist daar van alles aan de gang is: semi-actieve Smart EC 2.0 vering van de Zweedse hofleverancier Öhlins. Elektronisch gestuurde hydraulica, die de vering in enkele milliseconden aanpast aan de omstandigheden, en een extra hoofdstuk toevoegt aan het toch al veelomvattende APRC-pakket. Voluit ‘Aprilia Performance Ride Control’, dat verder onder meer bestaat uit ATC (tractiecontrole, al rijdend in acht standen regelbaar met ‘flappy paddles’ aan de linker stuurhelft), AWC (wheeliecontrole, drie standen en uitschakelbaar), ALC (launchcontrole, drie standen) en AQS (up/down quickshifter), APL (pitlimiter), ACC (instelbare snelheidsbegrenzer), aangevuld met een versnellingsindicator, remdruk- en gasstandmeter, én een hellingshoek-indicator. Laat er vooral geen twijfel over bestaan: de wortels van deze machine liggen in het WorldSBK!
Vering
Maar goed, de vering dus. Op dat vlak heb je zowel in semi-actieve als manuele modus de keuze uit drie rijmodi: Track, Sport en Road, die elk hun eigen standaardinstelling hebben. In de semi-actieve modus stuurt een algoritme het semi-actieve veersysteem aan, met behulp van data uit de ECU en IMU. Zo past de vering zich aan de polsbewegingen aan: een tikkeltje strakker als je aan het knallen bent en zachter wanneer je ‘s ochtends naar de bakker tuft. Vind je die automatische aanpassingen maar niks, dan kan je de vering ook in handmatige modus naar je hand zetten. Daarvoor hoef je niet met een schroevendraaier in de weer, de afstelling gaat elektronisch met knopjes aan de linker stuurhelft. Zo pas je in een wip de ingaande en uitgaande demping aan. Voor de veervoorspanning moet je wel even met een inbussleutel in de weer. Zowel in de semi-actieve als de handmatige modus kan je als gebruiker binnen de drie eerdergenoemde mappings verder verfijnen en aanpassen op basis van persoonlijke smaak en rijstijl, ideaal voor experts of veeleisende rijders. Ook de Öhlins stuurdemper wordt trouwens door het Smart EC 2.0 semi-actieve systeem aangestuurd.
Positief schizofreen
Rest de hamvraag: is die semi-actieve vering nu een dusdanige troef dat je er zonder nadenken de extra centen voor moet neertellen? We moeten eerlijk toegeven dat de verschillen – zelfs na veelvuldig schakelen tussen zowel de elektronisch gestuurde modi A1, A2 of A3 én de volledig mechanische modi M1, M2 en M3 (van hard naar comfortabel) – dermate subtiel zijn dat je amper verschil merkt bij dagelijks gebruik. Uiteindelijk gaan we zelf vaak voor A3, die geen greintje afdoet van ‘t vlijmscherpe stuurgedrag, maar ons toch net iets comfortabeler over het asfalt jaagt. Fijn om mee te experimenteren is de mogelijkheid om de vering onder remdruk anders te laten reageren dan onder acceleratie – compleet verschillende omstandigheden – wat nog maar eens aangeeft hoe stevig het merk zich heeft laten beïnvloeden door de racerij.
Aprilia maakt zich dan ook sterk dat je met de ‘e-Öhlins’ per rondje een halve seconde sneller over Mugello raast… Goed verhaal natuurlijk, maar bij dagelijks gebruik is de nieuwe vering een ingreep die eerder het comfort ten goede komt, dan effectief bij te dragen aan de prestaties van de Tuono. Het grote voordeel is dat je de Tuono met een vingerpor kan aanpassen aan de rijomstandigheden, zonder dat je daarbij met je gereedschapskoffer in de weer moet.
Conclusie
Sensatie hoef je als vanouds niet ver te zoeken op de Aprilia Tuono V4 1100 Factory: elke dot gas jaagt je nog steeds in een wip tegen het uiteinde van het zadel, en boven de 5.000 toeren zetten de vlinderkleppen de uitlaatpoorten naar de hel open. Gelukkig kan je daarbij rekenen op ronduit briljante elektronica, die ‘m goddank ook bruikbaar maakt op de openbare weg. Het fikse prijsverschil van 2.650 euro ten opzichte van de ‘gewone’ Tuono RR – die met een uitstekend presterende, volledig instelbare Sachs vering en een ander kleurtje wordt geleverd – doet ons toch even in ‘t haar krabben… Het is vooral een meerwaarde voor hij/zij die meer circuit- dan wegkilometers vreet, en het gereedschap liever in de kist laat.
Plus- en Minpunten
+ Waanzinnig blok met demonische soundtrack
+ Klas(se)primus qua elektronica
+ Exoot die de zowel visueel als auditief de nodige bewondering opwek
– Ontbreken brandstofmeter, in combinatie met potig verbruik
– Inhouden van quickshifter
– Pittig prijskaartje
Technische Gegevens
- Motor: 1.077cc, 4 kl./cil., vloeistofgekoelde 65° V4
- Boring x slag: 81 x 52,3 mm
- Compressieverhouding: 13,6:1
- Max. vermogen: 175 pk/11.000 tpm
- Max. koppel: 121 Nm/9.000 tpm
- Brandstofvoorziening: Weber-Marelli
elektronische injectie - Transmissie: zesbak, ketting
- Frame: aluminium dubbel wiegframe
- Voorvering: SmartEC 2.0 elektronisch gestuurde 43mm Öhlins NIX,
volledig instelbaar,
veerweg 125 mm - Achtervering: SmartEC 2.0 elektronisch gestuurde Öhlins TTX monoshock met piggyback,
volledig instelbaar,
veerweg 130 mm - Voorrem: 330 mm schijven met
Brembo M50 monobloc
vierzuigerremklauwen, ABS - Achterrem: 220 mm schijf met zwevende Brembo tweezuigerremklauw, ABS
- Banden voor/achter: 120/70 ZR17 / 200/55 ZR17
- Wielbasis: 1.450 mm
- Balhoofdhoek/naloop: 27°/99,7 mm
- Gewicht: 209 kg (rijklaar, volgetankt)
- Zithoogte: 825 mm
- Tankinhoud: 18,5 l.
- Prijs Nederland: € 21.275,00
- Prijs België: € 19.095,00
- Meer info: www.aprilia.com/nl_NL/