Brembo legt 405 miljoen dollar (ca. 370 miljoen euro) op tafel voor Öhlins, de grootste overnamedeal in de geschiedenis van het Italiaanse bedrijf.
Met de aankoop van Öhlins zet Brembo (waar we onlangs uitgebreid op de koffie mochten) een reeks investeringen verder in de (auto- en) motorsport. In 2021 verwierf Brembo al het Deense SBS Friction en het Spaanse J.Juan. Eerder dit jaar kondigde Brembo zijn intrede aan in Thailand met een nieuwe productiefaciliteit voor remsystemen voor motorfietsfabrikanten, en verder heeft Brembo ook zeggenschap over Marchesini. Al die tweewieleractiviteiten samen zijn op dit ogenblik goed voor ongeveer 13 % van de totale inkomsten van Brembo.
Öhlins is actief sinds 1976 en stelt ongeveer 500 mensen te werk, verdeeld over twee productiefaciliteiten in Zweden en Thailand, twee R&D-centra in Zweden en Thailand, en vier distributie- en testvestigingen in de VS, Duitsland, Thailand en Zweden. Öhlins zal 2024 naar verwachting afsluiten met een geschatte omzet van ca. 144 miljoen dollar.
Met een overname gaan ook de gebruikelijke praatjes gepaard: “Öhlins past goed bij Brembo. Het is een merk met een solide business en een ongeëvenaarde reputatie, zowel op het circuit als op de weg”, meent Brembo Executive Chairman Matteo Tiraboschi (foto). Bij Öhlins klinkt dat als volgt: “Nu we onze krachten bundelen met Brembo, kijken we uit naar nieuwe groeikansen. We zullen onze respectievelijke sterke punten te benutten om innovatie te stimuleren en nog meer waarde te leveren aan onze klanten en medewerkers”, dixit Tom Wittenschlaeger, CEO van Öhlins Racing.