King of the baggers: Bigger is better!

King of the Baggers

Neem een groep doorgewinterde motorrijders en stuur ze het circuit op met motoren die daar totaal niet voor bedoeld zijn. Kruid af met een flinke dosis rivaliteit onder de constructeurs en gooi er als toetje een biertje en een cheeseburger bovenop. Het resultaat: de King of the Baggers, een raceklasse die in de States zo’n hoge ogen gooit dat MotoGP-promotor Dorna er ook al naar lonkt.

Ondanks de inspanningen van de fabrikanten om de bagger ook op Europese bodem te slijten, kom je dit soort motoren op ons continent nog niet zo vaak tegen. In tegenstelling tot aan de andere kant van de Grote Plas want daar is de bagger onderdeel van de Amerikaanse cultuur, simpelweg omdat een dikke cruiser met zijkoffers ideaal is om op de highways door het land te cruisen. Een beetje onderuitgezakt in het comfortabele zadel, goed beschermd achter het kuipwerk op het ritme van een dikke tweecilinder door het landschap dokkeren: de meerderheid van de motorrijders die aan de Route 66 denkt, denkt er automatisch een bagger bij.

King of the Baggers

Het is met die cruisers dat er in de King of the Baggers-klasse geracet wordt, al worden de motoren daarvoor eerst helemaal uitgekleed en daarna weer compleet opgebouwd met racewaardig spul. Het soort brood en spelen waar de Amerikaan wel pap van lust, getuige de enorme populariteit van de wedstrijden die in het kader van het MotoAmerica-kampioenschap worden gereden.

De succesformule
Liefhebbers van pure racerij fronsten de wenkbrauwen toen de King of the Baggers-categorie het levenslicht zag. In de Verenigde Staten liggen die kaarten echter anders. Een kampioenschap is daar een onderneming en de races zijn een middel om de mensen te vermaken. Vinden de kijkers er niks aan, dan blijven ze thuis, verdient de racepromotor minder geld en gaat het kampioenschap op de fles.

King of the Baggers

Vergelijk je de motoren uit de King of the Baggers met wat er rondrijdt in het Superbike of Supersport, dan kom je tot eenzelfde conclusie als wanneer je een V8 Nascar racewagen met een Fomule 1 bolide vergelijkt. Of denk eens terug aan de American Superbike Series van de jaren zeventig met onder andere Eddie Lawson, Freddie Spencer en Wes Cooley Jr. Die mannen raceten ook op motoren met een hoog stuur die op het circuit ongeveer alle kanten op slingerden. De Amerikaanse fans zijn nu eenmaal verzot op dit soort spektakel, vandaar dat de 100 % Amerikaanse King of the Baggers er zo populair is.

King of the Baggers

Het begin
Wayne Rainey, drievoudig wereldkampioen 500cc en voorzitter van MotoAmerica, zocht een paar jaar geleden een manier om de MotoAmerica- wedstrijden bekender te maken bij het grote publiek. Het leidde tot een brainstormsessie met alle medewerkers van MotoAmerica en daaruit kwam het redelijk van de pot gerukte idee om met baggers te gaan racen. Eerst nog voorzichtig en aftastend, met een exhibitiewedstrijd op het circuit van Laguna Seca in 2020.

Dertien machines stonden aan de start: elf Harleys en twee Indians. Het constante gevecht van de racers om hun olifanten door de bocht te krijgen was een instant succes, de Amerikanen waren er meteen helemaal wild van. Met de zachte vering leken de motoren in de bocht wel van de duivel bezeten. Alles trilde, alles leefde, de hele motor werkte de rijder tegen in zijn poging om zo snel mogelijk door de bocht te gaan. De knietjes gingen tegen het asfalt, de racers waren amper zichtbaar achter de gigantische kuipen en de rollende donder van de V-twins deed elk haartje van elke toeschouwers overeind staan.

King of the Baggers

Bij MotoAmerica beseften ze dat ze goud in handen hadden en er werd meteen beslist om een nieuwe klasse aan het raceprogramma toe te voegen, een programma waarbij de Superbikes het centrale punt zijn. Het succes van de King of the Baggers straalde al snel af op alle andere MotoAmerica- categorieën en in het 2024-seizoen namen de Baggers het op negen Amerikaanse omlopen tegen mekaar op, telkens in twee manches per wedstrijd.

Op voet van oorlog
Een raceklasse wordt uiteraard nog aantrekkelijker als er een beetje concurrentie is, in dit geval zelfs een concurrentiestrijd die al een eeuw aan de gang is. Indian werd immers in 1901 opgericht, Harley-Davidson volgde twee jaar later. Indian geraakte na de Tweede Wereldoorlog echter in de problemen en sloot in 1953 de deuren, om in 2011 een comeback te maken. Dus als Indian met trots meldt dat het Amerika’s oudste motormerk is, dan repliceren ze vanuit Milwaukee steevast met ‘en wij zijn het merk dat al het langst bestaat’.

King of the Baggers

De twee hoofdrolspelers van deze all-American catfight zijn ook de protagonisten van de King of the Baggers-raceklasse. Dat het reglement hen verplicht om de motoren qua looks dicht bij hun straatlegale baggers te houden is mooi meegenomen, op die manier versterken de circuitprestaties de wegreputatie van hun motoren. Maar ook al zien de motoren er nog min of meer uit als een Harley-Davidson Road Glide of een Indian Challenger, onderhuids is niks standaard. Want met een standaard bagger haal je in de bochten geen 55° hellingshoek…

Kolossale budgetten
De Road Glide waarmee Harley-Davidson aantreedt is nogal toepasselijk ‘Screamin’ Eagle’ gedoopt, deze arend krijst immers met gemak je trommelvliezen aan gort en de verwijzing naar de Screamin’ Eagle uitlaten en accessoires van Harley is uiteraard mooi meegenomen. Het frame is een standaard exemplaar, al werd de grondspeling flink opgekrikt om meer hellingshoek mogelijk te maken.

King of the Baggers

Die extra grondspeling heeft wel als vervelend neveneffectje dat de zadelhoogte naar 920 mm klom, zodat een keukentrapje geen overbodige luxe is. De 2.146cc V-twin ademt via een zogenaamde mushroom luchtfilter, Öhlins veert de hele zwik af terwijl Brembo de mastodont afremt.

Voor de King of the Baggers ging Indian een samenwerking aan met S&S Cycle dat zich mocht uitleven op een Indian Challenger. Grootste uitdaging: het beest ruim honderd kilogram lichter maken. De V-twin in de Indian is een 60° exemplaar van 1.835cc, om de prestaties op te schroeven werd de standaard inlaat met 58 mm gasklephuis vervangen door een ovaal inlaattraject onder de brandstoftank. Net als bij de Harley zorgt een custom Öhlins voorvork met 48 mm poten voor flink wat extra grondspeling. De Indian heeft een veel kortere wielbasis en een sportievere, agressievere zithouding door het gebruik van een verstelbaar KlipHangers stuur van Klock Werks.

King of the Baggers

Ook hier Brembo remklauwen, maar dan wel in combinatie met Galfer remschijven om de remkracht nog wat op te vijzelen. Gezien alle hightech die er in de motoren verwerkt zit, begrijp je dat een machine uit de King of the Baggers-serie vlotjes de 250.000 dollar overschrijdt en dat de raceafdelingen van de twee fabrikanten jaarlijks miljoenen dollars in deze klasse investeren. Met de Challenger RR geeft Indian de slogan ‘Win on Sunday, sell on Monday’ een wel heel directe invulling. De Challenger RR die Indian samen met S&S voor Joe Sixpack bouwt, kost in de States een slordige 92.000 dollar.

De ballen
Het spreekt voor zich dat racen met deze monsters een bovengemiddelde portie talent vereist en dat ook de omvang van de cojones bij voorkeur het gemiddelde ruim overstijgt. Conditioneel ben je ook best op je top, want een dergelijke krachtige motor besturen vreet energie en het apparaat beweegt letterlijk aan alle kanten. De reglementen bepalen dat de motoren rijklaar minstens 281 kilo moeten wegen, voor de Harleys is het toerenplafond vastgelegd op 7.000 omwentelingen terwijl de Indians tot 7.700 toeren per minuut mogen doortrekken.

King of the Baggers

De vermogens zitten rond de 185 pk, terwijl het koppel meer dan 175 Nm op het achterwiel bedraagt – een marteling voor de Dunlop 17” achterband. Met topsnelheden die met de 300 km/u flirten komen de Harleys en Indians aan rondetijden die een seconde of drie boven die van de Superbikes zitten. Beeld je al dat geweld in op de banking van 31° van de Daytona Speedway, met racers die er niet voor terugdeinzen om hun ellebogen te gebruiken en die tot op de millimeter slipstreamen om hun gevaarte zo goed mogelijk uit de wind te zetten.

King of the Baggers

Geld rolt ook
Terwijl niemand in Europa openlijk over zijn inkomen spreekt, wordt daar in de VS heel open over gecommuniceerd. Racepromotoren zijn trots op het prijzengeld dat ze kunnen uitreiken en dankzij een aantal lucratieve sponsordeals strijden de deelnemers in de King of the Baggers-serie bepaald niet voor kleingeld. Wie een manche wint, verdient daarmee 2.500 dollar. De tweede gaat met 1.500 dollar naar huis, de derde incasseert 1.000 dollar en de tiende plaats heeft nog altijd recht op 350 dollar prijzengeld. Met achttien manches op de kalender valt er dus wel wat poen bij mekaar te rijden.

King of the Baggers

Kers op de taart is de King of the Baggers Challenge, een wedstrijd over twee ronden die op de zaterdag wordt gereden, meteen na de laatste kwalificatiesessie. Deze sprintrace voor de zes best gekwalificeerden wordt met het mes tussen de tanden afgewerkt, de winnaar vangt namelijk zomaar eventjes 5.000 dollar. Je zou voor minder al eens een risicootje nemen. De aandacht van de twee grote Amerikaanse merken en de aantrekkelijke prijzenpot motiveren bekende racers om zich aan de King of the Baggers te wagen; zo zijn Jeremy McWillians en Ruben Xaus inmiddels bekende namen in de VS.

Live op tv
Het MotoAmerica-kampioenschap wordt niet alleen op de circuits druk bezocht, van vrijdag tot zondag kan je alles live bekijken op de website en ook de grote televisiezenders zoals FOX Sports, ESPN en MAVtv besteden er aandacht aan. De kijkcijfers overschrijden vaak het miljoen kijkers en ook op YouTube zijn de baggers superpopulair. Na Nascar is de King of the Baggers-serie de best bekeken motorsport in de VS, geen wonder dat Dorna de evolutie van deze raceklasse met grote interesse volgt.

King of the Baggers

Tijdens de MotoGP-ronde in de Verenigde Staten vorig seizoen werden de Baggers een eerste keer opgenomen in het raceweekend op het circuit van Austin, met veel aandacht van de ingenieurs en MotoGP-racers als resultaat. En na de afsluitende manche van de MotoGP in Barcelona kondigden Dorna en Harley-Davidson een samenwerking aan, al werd er nog niet meteen gespecifieerd wat die dan wel inhoudt … maar het feit dat een aantal ex-MotoGP-sterren een paar rondjes over het circuit vlamden op een H-D Screamin’ Eagle, is meer dan een hint.

Voor het seizoen 2024 was het trouwens Troy Herfoss die zich aan het stuur van een Indian tot King of the Baggers kroonde, aan Harley-Davidson om dit jaar revanche te nemen.

King of the Baggers

Tekst en fotografie Jonathan Godin

Deel

Gerelateerde artikels

Michelin MotoGP

Hoe maakt u het? Michelins MotoGP-afdeling

Hoe astronomisch ook de hedendaagse motor- en frametechniek, banden zijn allang niet meer de sluitpost binnen de racewereld. Integendeel, het rubber speelt meer dan ooit