Kort getest: Triumph Rocket 3 Storm R / GT

Triumph Rocket 3 Storm

Je verwacht het misschien niet met een leger aan kleine, zuinige paralleltwins op de markt, maar toch gaat het credo ‘bigger is better’ nog steeds op. En wat is er groter dan Triumphs 2.458cc Rocket 3? Dit jaar bestaat het model twintig jaar en dat viert Triumph met de nog krachtigere Rocket 3 Storm.

De imposante kolos met zijn chromen uiterlijk en longinhoud van wel 2.293cc werd in 2004 geboren in Hinckley en was een direct antwoord op de wens van de Amerikaanse consument. Daar vonden ze Triumphs namelijk wel cool … maar veel te klein. De 900 Thunderbird was het grootste wat Triumph destijds te bieden had, maar zelfs in een vergrote 1.200cc-versie zagen de Amerikaanse dealers geen heil.

Triumph Rocket 3 Storm

En daar botste Triumph op een probleempje: als je de zuigers steeds groter maakt, heb je ook steeds meer ruimte nodig. Voor dikke Amerikaanse V-twins maakt dat niet veel uit, maar voor Triumph bleek het een serieuze opgave omdat de Britten hun driecilinderblokken nog op de ‘traditionele’ manier in het frame plaatsten, met het spruitstuk naar voren. Lang verhaal kort: dat blok moest overdwars komen te liggen. Zo gezegd, zo gedaan … en daarmee was het hek van de dam: gaandeweg ontstond daardoor de bijna 2.3 liter grote Rocket III, een hit in Amerika.

Dertien jaar lang bleef de Rocket verkrijgbaar, tot hij in 2017 uit de showrooms verdween … om in 2019 weer op te duiken. Niet langer als cruiser, maar als een zogenaamde ‘muscle roadster’, een mooie marketingterm om deze flinke jongen iets meer te distantiëren van andere modellen. De nieuwe Rocket 3 had een volledig nieuwe look en een nóg groter blok dat werd opgeschaald naar 2.495cc en bovendien ook krachtiger werd. De twee modellen – R en GT – beschikten over alle moderne elektronica zoals ride-by-wire, tractiecontrole, cruisecontrole en rijmodi.

Triumph Rocket 3 Storm

Overigens was het voornaamste wapenfeit van de nieuwe Rocket (naast het imposante koppel) een gewichtsverlies van maar liefst 40 kilo. Wij leerden die machine destijds kennen als toch nog loodzwaar, maar bovenal verbluffend sportief. En nu, krap vijf jaar later, is het tijd voor een update in de vorm van de Rocket 3 Storm. Triumph vond nog ergens 15 pk en 4 Nm waarmee het totaal uitkomt op – hou je vast – 180 pk en 225 Nm. Tegelijkertijd is de motorfiets wel iets zwaarder geworden, waarbij de Storm in z’n R-versie 317 kg aantikt, de GT gooit zelfs 320 kg in de schaal.

Hoog tijd om het rechterbeen over het zadel van deze duistere knaap met ‘blacked out’ look te zwaaien. De Storm is te herkennen aan het matzwarte motorblok, gebrek aan chroom rondom, en andere zwarte details. Ook de two-tone tank is herkenbaar, waarbij de R en GT een omgekeerde kleurstelling hebben. Verder verschilt de Storm qua zithouding niet met het voorgaande model. ’s Ochtends staat de R op het programma, en dat betekent dat we ons in het zadel van de roadster eerst door de Franse ochtendspits worstelen. Dat brede zadel zit comfortabel en is met een hoogte van 773 mm best prima. De drie uitlaatbochten die aan de rechterzijde ter hoogte van je scheenbeen uit het blok priemen, walmen in stadsverkeer – ondanks de hitteschildjes – vlot hete lucht door je broekspijp heen.

Triumph Rocket 3 Storm

Van zodra we de frisse lucht van de péage tegemoet rijden, gaat het stukken beter. Eindelijk kunnen we dit verjaardagsfeestje serieus aftrappen; in de Voor-Alpen nog wel, waarvan de besneeuwde toppen al in de verte opdoemen. Nu we de eerste bochten en tunnels zien verschijnen langs de oevers van de Var, schakelen we van Road over naar de sportieve rijmodus. De gasreactie wordt direct merkbaar smeuïger. Iets minder abrupt, maar een stuk responsiever op de kleinste beweging van je rechterpols.

Hoewel de Rocket 3 Storm behangen is met elektronica, is een quickshifter alleen als optie beschikbaar. Die had er, zeker voor de R-versie in Sportmodus, van ons wel standaard op gemogen. De motor loopt tot ongeveer 7.000 toeren door voordat de begrenzer ingrijpt dus daarvoor heb je ‘m niet echt nodig, maar het koppelingshendel zit ver achter de dikke handgreep en dat kan een kleine belemmering zijn als je de Rocket echt stevig vooruit wil jagen.

Triumph Rocket 3 Storm

Na een kop koffie – en de belofte van de voorrijder dat de komende twintig kilometer écht smullen zijn – gaan we er eens goed voor zitten. Vergeleken met de GT voelt het alsof je zowat bovenop die dikke 150-voorband van de R-versie zit, en door het brede stuur gaan je ellebogen bijna als vanzelf naar buiten. Een soort grote streetfighter dus, terwijl de GT eerder laid-back is met dat authentieke cruisergevoel met de voetjes vooruit, stuurhelften die wat naar de rijder toe zijn gebogen en een iets ander zadel. Ook erg leuk rijden, maar de R is hier in de bergen degene waarop je wil zitten.

Het blok van de Rocket is zo ongekend krachtig, een vergelijkbare ervaring met een andere motor is moeilijk te vinden. Het koppel is meteen ruim voorradig, tot bij ongeveer 4.000 toeren de koppelcurve begint af te vlakken. Leuk om de motor zo in het midden van dat toerenbereik door de lange slingers te laten trekken. Nóg leuker om bij 4.000 toeren het gas nog iets abrupter open te draaien en gebruik te maken van de 180 pk’s die zich verschuilen in het diepste hart van dat zwarte motorblok. En hoewel het tempo hoog ligt, rijden we de stepjes niet één keer aan de grond. Toch wel bewonderingswaardig voor zo’n enorm apparaat.

Triumph Rocket 3 Storm

De 47 mm Showa voorpartij is op geen foutje te betrappen, maar rijdend in het wiel van voorrijder Gareth (in het zadel van een Rocket 3 R) verdient vooral de Showa monoshock hulde. Die levert namelijk aardig wat werk om de rit comfortabel te houden. Bij zulk sportief rijgedrag hoort wel een kanttekening: terwijl de boordcomputer bij een volledige 18 liter aan brandstof zo ongeveer 220 km aan rijbereik opgeeft, halen we zonder tussentijds bijtanken waarschijnlijk nog geen 160 km. Sportief rijden kan dus zeker, maar de kilo’s werken je dan wel tegen.

Vlak voor de middag slaat het weer definitief om, met veel regen en een koude wind. Gelukkig mogen we overstappen naar de GT. De standaard (ook op de R) handvatverwarming – subtiel weggewerkt met een klein knopje in de linkerhandgreep – gaat direct op de hoogste stand. Ik schakel meteen ook maar over naar de Rain-modus, iets wat trouwens wel even wat werk vergt. Het dashboard van de Rocket is namelijk opgedeeld in drie secties: één grote TFT-klok in het midden geflankeerd door twee kleinere, afgeronde TFT-balken.

Triumph Rocket 3 Storm

Je vindt er alle informatie die je onderweg nodig hebt, al werkt het vanaf het eerste moment niet bijzonder intuïtief. Het blijft telkens opnieuw zoeken omdat bepaalde informatie verspringt bij de verschillende overzichtsschermen. Om dan met sterk onderkoelde vingers ook nog te zitten frutselen met de joystick die het scherm bedient en de richtingaanwijzer die er vlak boven zit … handig is het niet; maar naarmate je vaker met de Rocket rijdt zal dat wel wennen.

Wat ook opvalt, zijn de trillingen in het stuur. Op de GT zijn die – misschien door de buiging in de uiteinden – namelijk een stuk minder dan in het brede stuur van de R. Het grootste voordeel van de GT is de relaxte zit waarbij je, met je voeten naar voren toe, nog gemakkelijker die Brembo remklauw aan het achterwiel kunt bedienen. Die is krachtig en zorgt er tevens voor dat je niet voor ieder wissewasje met je rechtervingers naar voren hoeft. Dat maakt de zware Rocket nog makkelijker te besturen bij lagere snelheden.

Triumph Rocket 3 Storm

Conclusie Na een erg diverse rit door het Franse verkeer én berglandschap staat één ding als een paal boven water: de Triumph Rocket 3 Storm is een motor waarmee je ooit in je leven gereden móét hebben. Meteen al bij het starten, wanneer de motor zichzelf iets naar links trekt bij een klein beetje gas, weet je dat een rit op deze machine je bij gaat blijven. Met 225 Nm koppel en 180 pk is hij niet voor de poes, al is al die kracht met een gerust hart te bedienen dankzij bochten-ABS en tractiecontrole. Sportief rijden is door de overdwars geplaatste drie-in-lijn bijzonder leuk, waarbij de machine zich ondanks het gewicht ook gemakkelijk door de bocht laat sturen. Voeg daarbij de meer dan hoogwaardige afwerking en je hebt een motorfiets die nagenoeg ongenaakbaar is. Minpunten zijn er ook, met name wat betreft het brandstofverbruik, maar een dergelijke motor die bestaat uit superlatieven daarop afrekenen zou al te makkelijk zijn. De zwarte details en het iets verder getunede motorblok van deze Storm-uitvoering maken de Rocket 3 absoluut af.

Triumph Rocket 3 Storm

Plus- en minpunten
+ Koppel te over!
+ Boven verwachting sportief aangelegd
+ Nieuwe Storm-uitvoering maakt de Rocket ‘af’
– Die prijs is wel een dingetje
– Dashboard vergt wat studie
– Geen kleine jongen

Lees de volledige test in Motorrijder juli 2024

Triumph Rocket 3 Storm

Motor: 2.458cc, 4 kl./cil., vloeistofgekoelde drie-in-lijn
Boring x slag:  110,2 x 85,9 mm
Compressieverhouding: 10,8:1
Max. vermogen:            180 pk @ 7000 tpm
Max. koppel:                    225 Nm @ 4000 tpm
Brandstofvoorziening:               injectie
Transmissie:   zesbak, cardanas
Frame:                  aluminium brugframe
Voorvering:       47 mm Showa upside-down, compressie en rebound instelbaar, veerweg 120 mm
Achtervering: Showa RSU monoschock, volledig instelbaar, veerweg 107 mm
Voorrem:            320 mm schijven met radiaal gemonteerde Brembo 4.30 Stylema vierzuigerremklauwen, bochten-ABS
Achterrem:       300 mm schijf Brembo M4.32 monobloc vierzuigerremklauw, bochten-ABS
Banden voor/achter: 150/80-R17 / 240/50-R16 (Metzeler Cruisetec)
Wielbasis:         2.365 mm
Balhoofdhoek/naloop:             27,9°/134,9 mm
Gewicht:            317 kg (320 kg) rijklaar
Zithoogte:          773 mm (750 mm)
Tankinhoud:    18 l
Prijs België:      € 25.895,- (GT: € 26.695,-)
Prijs Nederland:            € 30.395,- (GT: € 31.395,-)


Tekst Tom van Appeldoorn • Fotografie Chippy Wood

Deel

Gerelateerde artikels

Moto Morini Calibro

Kort getest: Moto Morini Calibro

De nieuwe Moto Morini, da’s een vleugje custom met een snuifje Amerikaanse stijl, en dat van een van oudsher Italiaans merk dat nu tot een