Kort getest: Yamaha R1 GYTR PRO

Onlangs stelden we de GYTR-serie van Yamaha voor, kant-en-klare circuitmotoren op basis van de R6, R7 en R1. Maar voor wie goed nog niet goed genoeg is, is er ook nog de R1 GYTR PRO.

Als extra kers op de GYTR-taart word ik na afloop van de test op de eh, ‘gewone’ GYTR R1 ook nog even vriendelijk verzocht om naar pitbox 1 en 2 te komen voor een kennismaking met de R1 GYTR PRO. Met dank aan de vriendelijke aanbeveling door voorrijder/instructeur Steven Odendaal mag ik me samen met nog vier andere ‘uitverkorenen’ opmaken voor een niet voorziene maar desalniettemin zeer welkome grande finale.

Dat het menens is blijkt wel uit het feit dat er een man of vijf continu in de weer zijn met ‘mijn’ R1. Laptops worden in- en uitgeplugd, de motor wordt behoedzaam warmgedraaid, bandentemperatuur wordt gemeten… Ik voel me zowaar een soort Toprak van de Lage Landen, al was het maar omdat het grootste deel van de pitcrew ook daadwerkelijk toebehoort aan het Turkse fenomeen. Nu is dat ook precies wat Yamaha beoogt met deze GYTR PRO, het WK Superbike-gevoel zo dicht mogelijk benaderen.


De hard- en software waarmee deze R1 is opgebouwd is van buitencategorie; ontworpen en ontwikkeld door het in Italië gestationeerde raceteam, onder auspiciën van de GYTR-afdeling. Het idee ontstond vanuit de ‘Rossi R1 PRO’ die Yamaha presenteerde in 2021 bij het afscheid van Il Dottore, als dank voor bewezen diensten. De reacties op deze directe afstammeling van de WK Superbike-machine waren zo goed dat Yamaha besloot een PRO-tak op te richten binnen de GYTR-gelederen.

Net als bij de eerste Rossi-versie zijn ze in Italië eveneens verantwoordelijk voor de ontwikkeling van deze R1 PRO. De officiële testrijder van het WK Superbike-team (en EWC-coureur) Niccolo Canepa diende te zorgen dat het potentiële kruitvat ook een beetje berijdbaar bleef voor Jan met de pet. Want daar is deze R1 Pro uiteindelijk voor bedoeld. Dan doel ik op Jan met de pet qua rijtalent, niet wat de dikte van de portefeuille betreft. Want wil je een R1 in deze vorm onder de billen dan moet je toch al snel denken aan 100.000 euro … alleen al aan onderdelen. Het is maar dat je het weet.


Goed, restricties waren er dan ook nauwelijks, het team trok alle registers open: Öhlins WK-spec vering voor- en achteraan, Marelli elektronica, carbon SBK-kuipwerk, Marchesini wielen, Akrapovic titanium pijp volgens SBK/EWC-specificaties, racedashboard, CNC-gefreesd T-stuk, carbon subframe, racebenzinetank, upside-down swingarm, racenokkenassen, -radiateur en -koppakking, Suter koppeling… Kortom, de lijst is lang.

Het geklapper uit de Akra en de gretigheid waarmee het crossplane krachthonk op m’n rechterpols reageert als we pitlane uitrijden maakt meteen duidelijk dat de PRO motorisch uit een ander, nogal goedgevuld vaatje tapt. Pakweg 210 pk stuwt de vierpitter naar de achterste Bridgestone slick. Nu maakte de GYTR R1 al een frissere indruk dan het standaard exemplaar, maar de motorische daadkracht die deze PRO aan de dag legt is nog van een andere orde. De versnelling is immens, maar door de toegepaste elektronica (tractie- en wheeliecontrole inbegrepen) wel bijzonder goed te controleren.


Op de befaamde bijna 1.800 meter lange Mistral bereikt de motorische hoogmis krijsend z’n hoogtepunt, riant boven de 300 km/u zie ik in m’n ooghoek. Opvallend: de windbescherming. Die is op de GYTR al een stuk beter, maar weggedoken achter de fikse ruit en de in de windtunnel ontwikkelde racekuip vertoef je op de PRO in een perfect uitgebalanceerde bubbel. Het helpt op dat vlak ook dat de PRO qua ergonomie wezenlijk anders aanvoelt (en ook is) dan de R1 zoals we die kennen. Dit zit is lager, de tank smaller waardoor je echt ín de machine wegkruipt.

Ook bij bochtenwerk werkt dat door, je smijt geholpen door extra bewegingsvrijheid en het gunstigere zwaartepunt (lagere tank) de PRO nog makkelijker richting de apex. Eenmaal op lijn kan je de zongedroogde kiezels in het Franse asfalt één voor één tellen, zo zuiver communiceert het Zweedse veerwerk. Ook hier weer: de GYTR R1 is goed, de PRO nét even vleugje beter want sneller op lijn en subtieler qua feedback. Remmen? Ondanks al het geweld en de nauwelijks te bevatten aanvliegsnelheden heb je aan twee vingerkootjes genoeg, terwijl de motorrem bij snel terugschakelen keurig wordt afgeroomd door de Suter koppeling.


Terug in de pitbox na een korte impressie veeg ik het zweet nog maar even van het voorhoofd. Niet vanwege de zojuist doorstane doodsangst, eerder omdat het simpelweg nog lekker nazomert in Zuid-Frankrijk. Het meest indrukwekkende van deze R1 GYTR PRO is namelijk misschien nog wel dat hij ondanks z’n enorme dadendrang best redelijk te temmen is voor stervelingen zoals jij en ik. Hij voelt oprecht als een WK Superbike-machine, zonder dat je over het buitenaardse talent van een Toprak hoeft te beschikken om er toch een redelijk tempo op na te houden. Dat is een prestatie op zich.

Dat gezegd hebbende is een R1 PRO als deze natuurlijk voor de happy few, zoals een net afgezwaaide Rossi of mensen met een tweede huisje in Dubai. Je zal meer dan zes nullen op tafel moeten leggen voor ze in de Pro Shop de bestellijst invullen. ‘Maar dan heb je ook wat’, hoor ik mezelf er automatisch aan toevoegen: op een haar na de motor van de regerend wereldkampioen Superbike.

Lees het volledige verslag in KicXstart november 2022 en Motorrijder november 2022


Tekst Randy van der Wal • Fotografie Graeme Brown, Jonathan Godin

Deel

Gerelateerde artikels

Royal Enfield Bear

Primeurtest: Royal Enfield Bear 650

Met de Interceptor naked bike en de Continental GT caféracer had Royal Enfield al een degelijke basis in de middenklasse, die de fabrikant de voorbije

Piaggio MP3 310

Getest: Piaggio MP3 310

Twee jaar geleden gunde Piaggio de MP3 530 een stevige upgrade middels een nieuwe styling en krachtigere motor, maar de 300 moest nog even geduld