We gaan op verkenning in Haspengouw, de fruitstreek in Zuidwest-Limburg die aanschurkt tegen de taalgrens en ‘m soms zelfs overschrijdt. Nog net buiten het toeristische hoogseizoen is deze bestemming misschien zelfs wel aantrekkelijker, want het is er nog heerlijk rustig … en wij gaan tenslotte niet voor de fruitige Instagram pics.
Vertrekken doen we aan de andere kant van de taalgrens bij Le Maire Bio, een winkel vlakbij uitrit 6 van de E42 die het perfecte vertrekpunt vormt. Hier verkoopt de familie Le Maire rechtstreeks het fruit dat op biologische wijze geteeld wordt op de familiegronden in Haspengouw. De eigen producten worden aangevuld met eveneens biologisch geproduceerde waren van andere agro-ondernemers uit de streek. Eieren, bloem, bier, chocolade en zelfs verse melkproducten maken deel uit van het aanbod.
Je krijgt geheid zin om te ontdekken waar al dat lekkers geproduceerd wordt, dus zetten we koers tussen de velden richting Vaux, en dan door naar Vieux-Waleffe en Waleffe-Saint-Georges. Een kleine opmerking over deze route is hier wel gepast. Doorgaans gaan we op zoek naar bochtig stuurplezier, wat ons vaak in de Ardennen brengt, maar dit keer gaan we voor een ander soort rijplezier en zoeken we het meer in de variatie dan in de bochtentechniek.
Smalle baantjes worden afgewisseld met ontsluitingswegen tussen de enorme boomgaarden die hier geen plaats laten voor natuurlijk bos. Kleine boerderijen staan nog her en der tussen de boomgaarden maar moeten steeds vaker wijken voor moderne villa’s, wijngaarden en warempel een wereldvermaarde brouwerij. Volop afwisseling dus.
In Gingelom houden we even halt bij het neogotische kasteel dat ooit de verblijfplaats was van Belgiës eerste regent, baron Erasme Louis Surlet de Chokier. Hij bestierde ons vers opgerichte koninkrijk tot Leopold I de troon besteeg. Later trok burgemeester Surlet van Gingelom zich na zijn politieke carrière terug in het kasteel om zich te wijden aan de kweek van merinoschapen.
Achter het kasteel kiezen we voor de weg richting Attenhoven, ten noorden van Landen, en vervolgens de N283 om de modder eens goed van de wielen te draaien tot in Neerhespen waar we terug afdalen naar Neerwinden, om daar de vork richting Laar te nemen. We volgen de taalgrens gedurende enkele honderden meters en gaan dan resoluut terug Vlaanderen in tot aan het station van Ezemaal.
In Goetsenhoven zouden we kunnen pauzeren bij brasserie-café Godison, maar tussen twee vliegtuighangars is het (in het weekend) in de Pinguinbar van ULM-club Goetsenhoven ook goed toeven. Na de stop verdwijnen we weer tussen de velden voor een korte verbinding onder de E40 om via Outgaarden de N29 Tienen-Geldenaken te kruisen en in Hoegaarden uit te komen. Hier mogen we weer even uit het zadel voor een snelle blik in brouwerij De Kluis. We weerstaan aan de verleiding om te proeven en zetten koers richting Hoksem.
De N3 richting Leuven-Tienen brengt ons naar Roosbeek, waarna we zigzaggend door de velden via Lubbeek op de N2 Leuven-Diest uitkomen. Voorbij Sint-Joris-Winge verlaten we de N2 bij Kraasbeek om even stil te staan bij de Vlooybergtoren. Deze monumentale zwevende ‘trap naar de hemel’ is uitgevoerd in Cortenstaal, als referentie naar het roestbruine ijzerzandsteen dat in de bodem zit. Hij werd onsterfelijk in heel Vlaanderen en omstreken door de pakkende afscheidsscène die de blonde Callboy en Triumph-rijder Jay Vleugels hier te beurt viel, maar hij heeft een geschiedenis van branden, vallen en weer opgericht worden. Ondanks het herhaalde vandalisme prijkt de toren fier elf meter boven de Vlooyberg en biedt hij een schitterend uitzicht over het Hageland. Bij helder weer zijn zowel de koeltorens in Vilvoorde als de mijntorens in Beringen van hieruit zichtbaar.
Even verderop kruisen we de N2 om langs grote schotelantennes door Wersbeek en over een fabrieksterrein te rijden naar het Frankrijkstraatje. Straatje inderdaad, want het is smal en niet eens verhard. Het vraagt even een andere rijtechniek, maar door de grindlaag is de baan wel berijdbaar. Het straatje ligt mooi vlak, zonder al te grote putten, plassen of modder.
Het dorp Einde vormt niet meer dan een halte op weg naar Vroente waar we tussen de boomgaarden weer enkele kleine onverharde paden nemen. Ook deze variaties op het thema stellen ons niet voor problemen en brengen ons bij Het Vinne in Zoutleeuw. Dit provinciaal domein ligt aan het enige natuurlijke binnenmeer in Vlaanderen en wordt doorkruist door vijf wandelpaden. Observatietorens voor vogelliefhebbers, speelterreinen voor kinderen en uiteraard een eet- en drankgelegenheid maken het plaatje af.
Wat verderop verlaten we al snel de N3 richting Halle om terug tussen velden en boomgaarden bij Velm enkele stukken van de Romeinse Heirweg te nemen die Tongeren met Tienen verbond. Rond het kasteel van Velm nemen we ook enkele tracés van de Haspengouw Rally, die de eer krijgt om het Belgian Rally Championship te openen. Het kasteel werd in de 18de eeuw gebouwd en ging door meerdere handen tot het in 1931 verkocht werd aan de congregatie van de Jozefieten. Zij verkochten het op hun beurt in 1962.
Na enkele lusjes nemen we opnieuw de Romeinse Steenweg richting Panoramabassin, waar we met ons geweten in strijd komen. De weg is immers gereserveerd voor plaatselijk verkeer maar gezien wij het Panoramabassin willen bezoeken, beschouwen we onszelf als plaatselijk en parkeren we de motor aan de voet van het bouwwerk. Dit bassin ligt bovenop een heuvel en er is ook weer een panoramisch uitkijkpunt over het Haspengouwse landschap gecreëerd.
Via een reeks trappen kom je op een groot platform met op het einde een soort balkon dat 360 graden zicht biedt op Haspengouw en Sint-Truiden. Het Panoramabassin blijkt ook een populaire stopplaats op de Vesparoutes die hier aangeboden worden door vele scooterverhuurbedrijven uit de streek. Na het panorama rijden we door naar de voormalige luchtmachtbasis in Brustem bij Sint-Truiden, waar het immense terrein tussen de hangars nu ingevuld wordt met burgeractiviteiten, al dan niet legaal of gedoogd.
Geen illegale rave, wheeliewedstrijden of ander geinigs te bespeuren bij onze passage, dus we rijden verder langs de noordkant door een schitterend nieuw bedrijventerrein. Aan het einde van het terrein vinden we Hangar 27. Die is gewijd aan de Mirage M5 B, het Franse gevechtsvliegtuig waarmee onze luchtmacht ooit uitgerust was. Het toestel dat hier uitgestald staat werd in 1971 door SABCA gebouwd en vloog voor het laatst in januari 1994. Toen het uit dienst genomen werd, had het 4.000 vlieguren op de teller.
Behoorlijk onder de indruk verlaten we het industriepark en draaien we de N3 op; bij Groot-Gelmen maken we nog even een lus naar de Zwevende Kapel. Dit fascinerende bouwwerk van kunstenaar Frits Jeuris bestaat uit in kapelvorm gestapelde blokken kersenhout op een plank die uitsteekt uit de heuvel. Het is prachtig gedaan en het kersenhout is afkomstig van hoogstamfruitbomen die in 2016 economisch waardeloos geworden zijn omdat het zogenaamde Litte-Cherryvirus hun vruchten te klein maakte voor de verkoop.
Het Litte-Cherryvirus blijkt niet naar motorrijders te kunnen muteren, maar de naam klinkt bijna even afschrikwekkend als de galg die even verderop staat. Misdadigers allerhande werden vroeger vaak terechtgesteld via verhanging aan een eiken galg die opgericht was op een heuvel aan de rand van het dorp. Dat was ook zo in Helshoven en (een reproductie van) de galg staat er nog steeds macaber te wezen.
Terug via velden en wegen bereiken we Mettekoven en vervolgens Broekom en Heks. Het kasteel van Heks dateert uit 1770 en is in Luikse rococostijl gebouwd. Het hoort momenteel toe aan de familie d’Ursel en vormt twee maal per jaar de locatie voor een tuinbeurs. In Vechmaal sturen we weer noordwaarts richting Bommershoven en Groot-Loon, waar we de Nationale 79 kruisen.
Niet ver daar vandaan maar onbereikbaar voor gemotoriseerd verkeer ligt weer een van de prachtige landschapskunstwerken die deze regio rijk is, het doorzichtige kerkje ‘Reading between the lines’. Het werk is zes meter hoog en gebouwd uit een honderdtal gestapelde latten Cortenstaal die samen de vorm aannemen van een traditioneel kerkje uit de regio maar als structuur volledig transparant blijven, waardoor je doorheen de kerkvorm ook het omgevende landschap kan blijven zien. De structuur van Gijs en Arnout Van Vaerenbergh is tegelijk aanwezig en afwezig en is absoluut de kleine wandeling waard om hem te ontdekken. Je vindt de parking langs de N79 en wandelt nog een vierhonderd meter tot aan het kunstwerk.
Van hieruit is het nog slechts een boogscheut naar de BelOrta site in Borgloon waar een duizendtal lokale producenten vertegenwoordigd worden en waar meer dan 170 groente- en fruitsoorten verhandeld worden. Onze rit eindigt een kleine twee kilometer verderop bij de Stroopfabriek van Borgloon. Tijdens de vorige eeuw was Borgloon vanwege de ligging tussen de hoogstamboomgaarden de hoofdstad van de stroop. Deze stroopfabriek vond zijn oorsprong in 1879 en wist dankzij stoomaandrijving de productie op te voeren tot op een industriële schaal. In de tweede helft van vorige eeuw nam de vraag naar stroop echter af en de sector raakte later in verval.
Vanaf eind jaren 70 was stroopfabriek Wynants de enige nog actieve stroopfabriek uit de regio. In 1988 zagen echter ook zij zich verplicht de activiteiten te staken. Elf jaar later werden hun leegstaande gebouwen geklasseerd als bouwkundig erfgoed, waarna er een renovatie en een reconversie werd opgestart tot toeristisch infocentrum en bedrijvencentrum rond de oude stroopmakerij. De hele site kan bezocht worden en er wordt op ambachtelijke schaal weer stroop geproduceerd. Uiteraard is er ook de gelegenheid om één en ander te proeven, vergezeld van andere streekproducten. Dat laten we ons geen twee keer zeggen!
Praktisch De 150 km lange route start in Verlaine,makkelijk bereikbaar vanaf deE42 Leuven-Luik. Het eindpuntvan de route, Stroopfabriek vanBorgloon, ligt een vijftientalkilometer van de oprit van deE313 die je terug naar huis voert.
De Hoge Geer In een streek met weinig biodiversiteit, gevuld als ze is met boomgaarden, biedt natuurgebied De Hoge Geer de ideale habitat voor allerhande trekvogels die tot rust kunnen komen in oude bezinkingsbekkens uit de bietenteelt. In het 35 hectare grote natuurgebied werden al meer dan tweehonderd vogelsoorten gespot.
Vlooybergtoren Deze constructie uit stalen I-profielen is bekleed met Cortenstaal plaatwerk. Zwevend maar monumentaal en zelfs ietwat brutalistisch, maar vooral ook solide en beter bestand tegen vandalisme dan de houten uitkijktoren die vroeger op de Vlooyberg stond maar meermaals werd platgebrand. Dacht men, want ook deze constructie moest er in 2018 gedeeltelijk aan geloven. Inmiddels weer hersteld en volop te bewonderen.
Zwevende kapel De mooist gestapelde hoop brandhout ooit. Meer hoop dan brandhout, in de zin van hoop voor de toekomst dan. Neem hier even afstand en sta stil bij de esthetische recuperatie na de economische catastrofe. Upcycling tot kunst verheven. Een weesgegroetje is hier wel op z’n plaats.
Reading between the lines Ook voor wie zijn Instagram niet dwangmatig voedt is dit kunstwerk met historisch-religieus constructiethema het ommetje meer dan waard. Het werk is meer een suggestie dan een echte constructie en het doet nadenken over perceptie, beeldvorming, transparantie en vergankelijkheid. Thema’s die niet alleen in de kerk actueel zijn. Buiten het seizoen een prachtige bezinningsplek.
Stroopfabriek De stroopfabriek is een schoolvoorbeeld van herbestemming van industrieel erfgoed dat plaats biedt aan het Fruitbelevingscentrum met een streekproductenshop en restaurant De Smaakfabriek. Het is een sfeervolle plek waar het goed toeven is na een frisse rit. De ideale plek om het fruitthema smaakvol af te sluiten.
Tekst Bruno Wouters • Fotografie en route Jonathan Godin