Toerroute: Tweedaagse Champagnestreek

Toerroute Champagnestreek

Halleluja, wat een hitte. 35 graden geeft het dashboard van de BMW R 1300 GS aan. Mijn motorjeans plakt aan mijn billen, mijn keel is gortdroog en de mussen vallen gebraden van de dakgoten. Het uitzicht over de glooiende velden, geklemd tussen de uitlopers van de Franse Ardennen en de wijngaarden van de Champagnestreek, wordt vertroebeld door de hete lucht. En ineens is daar de redding: een frisse duik in het kanaal dat de Aisne met de Marne verbindt. Precies wat ik nodig had…

Grappig; als ik in Charleroi de snelweg verlaat en de N5 opdraai, staat de eindbestemming voor vandaag al op de wegwijzers aangegeven. De Champagnestreek, Reims en Epernay: dáár gaat het heen, maar uiteraard niet in een saaie rechte lijn. Terwijl de N5 de ‘liniaal door het landschap’-optie richting Reims vormt, rij ik vanaf Philippeville over de N40 naar Givet, een stadje waar ik graag kom zodat het niet de eerste keer is dat we hier voor de start van een toerroute neerstrijken.

Ik heb al ruim twee uur in het zadel gezeten om aan de boorden van de Maas op de Frans-Belgische grens aan te belanden, een koffietje om even de zintuigen op scherp te zetten voor wat de rest van de dag zal brengen is dan ook op zijn plaats.

Toerroute Champagnestreek

Favoritisme
Ik glunder, en het is niet omdat de zon al hoog aan de lucht staat, omdat de serveuse zomers gekleed over haar terras huppelt of omdat er met humor ‘wij aanvaarden Belgisch geld’ op het raam van het koffiehuis staat geschilderd. Ik glunder omdat twee dagen motorrijden in de Franse Ardennen allerminst een straf is.

Veel minder bekend bij motorrijders dan de Belgische Ardennen, Luxemburg en de Eifel, maar sowieso een streek die de motorrijder minstens evenveel te bieden heeft. In de buurt van Charleville-Mézières, Sedan en met Verdun als meest zuidelijke punt kan je een hele dag rijden zonder een levende ziel tegen te komen.’ Geen wonder dat ik nog harder straal dan de zon.

Toerroute Champagnestreek

Iets gemist?
Als we Givet verlaten en over de zuidelijke Maasoever het dal uit rijden, maakt een blik in de achteruitkijkspiegel duidelijk hoe gigantisch het Fort Charlemont is. Heel logisch dat hier zo’n joekel van een fort werd gebouwd als je het uitzicht over de Maas bekijkt. Samen met de Maas komt Frankrijk hier een heel eind de oksel van Namen ingestroomd, zodat we de eerste handvol kilometers op Franse grond rijden om over de Rue des Ardennen de Waalse bossen in te sturen.

Compleet vergeten door elke vorm van toerisme kom je geen mens tegen, zodat je in de schaduw van het verkoelende bladerdek zelf je tempo bepaalt. De slagboom waarmee de bosweg naar de Tour du Millénaire in het jachtseizoen kan worden afgesloten staat gelukkig omhoog. Niet dat ook hier veel verkeer de weg te versperren valt, op twee fietsers en twee wandelaars na is de taverne bij de Tour du Millénaire helemaal leeg.

Toerroute Champagnestreek

Vloeiend en vlot
Een handvol kajakkers voorziet het water van de Semoy (in België heet dezelfde rivier de Semois) in Les Hautes-Rivières van kleurrijke stipjes, een paar kilometer verder moeten we op een bochtige bosweg richting Nouzonville keihard in de remmen. Een truckchauffeur is een aantal vers gekapte bomen op zijn aanhangwagen aan het laden en heeft het niet nodig gevonden om daar enige vorm van signalisatie bij te voorzien. Ongetwijfeld vanuit het idee ‘dat hier toch geen kat voorbij komt’.

In Nouzonville dwarsen we de Maas, een paar kilometer verder is Charleville-Mézières het drukste centrum waar we vandaag doorheen moeten. Al mag je ‘druk’ met een serieuze korrel zout nemen. Vanaf Charleville-Mézières veranderen het landschap en de route van karakter. De bosrijke hellingen liggen achter ons, richting Rethel ontvouwt zich een uitgesproken landbouwregio met godvergeten wegen die over de golven van het landschap zijn gedrapeerd.

Toerroute Champagnestreek

Hoewel de route vandaag 220 kilometer lang is, hoef je helemaal niet hard aan het rechter handvat van je brommer te draaien om vlot op te schieten. De brede asfaltwegen met lange doordraaiers laten een flinke gemiddelde snelheid toe, slechts hier en daar moet je een keer in de ankers om veilig door een bijna uitgestorven dorpje te rijden.

Even wandelen
In Signy-l’Abbaye nemen we ruim de tijd voor een frisse salade als lunch en maken kennis met een Pool en een Duitser die zich naast ons op het terras neervlijen. “Ah, wij zijn eergisteren ook vanuit Givet vertrokken, hebben daar onze auto laten staan. We wandelen naar Perpignan en keren daarna met de trein naar Givet terug”, klinkt het heel basic-informatief. Alsof het niet veel meer inhoudt dan even te voet om een stokbrood, maar dan wel aan de andere kant van Frankrijk.

Toerroute Champagnestreek

Als we terug op de motor stappen geeft de waardin ons nog wat moederlijk advies mee. “Wees voorzichtig als je tractoren op de weg inhaalt. De landbouwers zijn druk met de oogst, ze zitten vaak vermoeid achter het stuur en dan is een foutje snel gemaakt”, drukt ze ons op het hart. Ze doet er nog net geen kruisje op ons voorhoofd bovenop. Dat de streek het vooral van de landbouw moet hebben, blijkt in Rethel. In de etalages van de oubollige winkels liggen de schorten, pantoffels en ‘sokken om in rubberlaarzen te dragen’ er al zo lang dat ze onder invloed van de uv-straling nog fletser ogen dan toen ze dertig jaar geleden fonkelnieuw waren.

Toerroute Champagnestreek

Maatschappelijke kloof
Iets ten noorden van Reims, tussen Brimont en Courcy kan ik niet weerstaan aan de lokroep van het kanaal dat de Aisne met de Marne verbindt. Ik zweet me al een hele dag een ongeluk op de motor, heb een plekje gevonden waar ik gemakkelijk uit het water kan klimmen en in het kanaal zwemt vis (waterkwaliteit: check!) zodat de BMW en de motorkleding op de oever blijven waarna ik een plonsje waag.

Met mijn handdoek aan de zijkoffers geknoopt rijden we in een grote boog rond Reims. De graanvelden maken plaats voor wijngaarden en de levensstandaard schiet met een ruk de hoogte in. De decadentie van de Avenue de Champagne in Epernay waar alle grote champagnehuizen hun uitvalsbasis hebben, staat in schril contrast met de rust en de maatschappelijke achterstand in de Franse Ardennen.

Toerroute Champagnestreek

In Epernay vind je ongetwijfeld een hotelkamer of een B&B, wij kiezen er echter voor om een vijftal kilometer buiten de champagnestad, op de andere oever van de Marne, onder zeil te gaan bij Champagne Laval-Louïs. Zoals zoveel champagneboeren combineren Florent Laval en zijn gezin de edele kunst van het wijn maken met de gastvrijheid in een B&B. Voor minder dan honderd euro slaap je er comfortabel, een bijzonder enthousiaste rondleiding door de wijnkelder én proeverij krijg je er gratis bovenop.

Toerroute Champagnestreek

Humeurtje
De volgende ochtend beginnen we de terugrit richting Bouillon met een kilometer of dertig over wat bredere wegen die de champagnestreek doorkruisen. De kans is groot dat je gisteravond een paar glazen champagne te veel hebt geproefd en dan zijn wat gemakkelijkere wegen ideaal om de mist in je hoofd te laten opklaren. Even halt houden bij een van de talrijke militaire kerkhoven helpt om je klaarwakker te krijgen, tussen 1914 en 1918 werd hier maar weinig op vriendschappelijke wijze met champagneglazen tegen mekaar getikt.

Toerroute Champagnestreek

Nog opvallend, terwijl bij ons het boerenprotest wat geluwd lijkt, hangen in Noord-Frankrijk nog veel plaatsnaamborden ondersteboven, teken dat de landbouwers nog lang niet gepaaid zijn. Als we het departement nummer 8 (dat zijn de Franse Ardennen) terug binnenrijden, zijn ook de bochtjes en de bossen er weer. Met een temperatuur die voor motorrijden de perfectie benadert (21 graden en droog) is het nog aangenamer rijden dan gisteren.

De Maas dwarsen we deze keer in Inor, al is de rivier nog absoluut niet indrukwekkend. Het sluisje is amper groot genoeg om een plezierbootje te versassen. De laatste kilometers naar Bouillon rijden we terug over Waals asfalt en dat zal de vering van onze motoren geweten hebben – al kunnen die vijftien kilometer slalomwerk langs kraters in het wegdek de pret niet drukken. Als je na twee dagen motorrijden in de Franse Ardennen last hebt van een slecht humeur, dan moet je de reden vooral bij jezelf zoeken…

Toerroute Champagnestreek

Download de routes Dag 1: Van Givet naar Epernay (220 km) • Dag 2: Van Epernay naar Bouillon (192 km)

Highlights dag 1

Givet Eigenlijk is het in Heer-Agimont dat de Maas België instroomt, maar aangezien dat een gat van twee keer niks is krijgt Givet de eer om als startpunt van deze route te fungeren. Een ideale startplek wegens de talrijke terrasjes waar je na de aanrijroute je ochtendkoffie drinkt. Zin om al meteen in actie te schieten? De oostelijke vleugel van het Fort Charlemont dat over Givet uitkijkt kan je voor 7 euro bezoeken. Lasergames of een klimparcours op de wallen van het fort behoren eveneens tot de mogelijkheden.

Toerroute Champagnestreek

Tour du Millénaire Op de 503 meter hoge heuvelrug (het hoogste punt van de provincie Namen en het vijfde hoogste punt van België) stonden in de geschiedenis al meerdere uitkijktorens. De Tour de Millenaire heeft een zandlopervorm en biedt gratis toegang tot drie uitkijkplatforms op 15, 30 en 45 meter hoogte boven de bossen van Gedinne. De toren werd in 2001 geopend, maar zeven jaar later alweer gesloten omdat het hout zodanig verrot was dat de veiligheid van de bezoekers niet meer kon worden gegarandeerd. De stalen kopie die werd gebouwd opende op 5 juli 2012.

Toerroute Champagnestreek

Rethel Stel je bij Rethel als ‘highlight’ op de route niet al te veel voor, het is niet veel meer dan een charmant provinciestadje met een paar leuke winkeltjes in de vallei van de Aisne. De route loopt echter voor 99,9 % door agrarisch gebied zodat je van de weinige kernen waar je doorheen rijdt, zoals Charleville-Mézières en Rethel, gebruik moet maken om een hapje en een drankje te scoren.

Circuit de Reims-Gueux Met zijn Bugatti 35 won de Fransman François Lescot op zondag 25 juli 1926 de tweede editie van de Grand Prix de la Marne, de eerste uitgave van deze wedstrijd die op het exact acht kilometer lange, driehoekige circuit van Reims-Gueux werd gereden. Lescot legde de veertig ronden (320 kilometer) af met een gemiddelde snelheid van 112,77 kilometer per uur. De eerste editie van de Grand Prix de la Marne werd nog in Beine Nauroy verreden, in de jaren vijftig en zestig werd de Grote Prijs van Frankrijk er meermaals betwist. Om het dorp van Gueux te vermijden en daarmee de veiligheid te vergroten, werd het circuit in 1952 aangepast. Hoewel ‘Les amis du Circuit de Gueux’ de accommodatie prachtig restaureerden en het circuit sinds 2009 op de lijst van het Frans erfgoed staat, besliste de gemeente Gueux in 2023 dat niemand het terrein nog mag betreden en er dus ook geen evenementen meer georganiseerd mogen worden.

Toerroute Champagnestreek

La cave au coquillages Uiteraard groeien de druiven op de hellingen in de Champagnestreek, maar het echte goud bevindt zich onder de grond, in de kelders waar het druivensap bij een constante temperatuur tot champagne evolueert. Champagnehuis Legrand-Latour in het onooglijke Fleury la Rivière heeft echter meer in de aanbieding want ‘La cave au coquillages’ biedt een gigantische verzameling aan fossielen die in deze streek naar boven kwamen toen de talrijke champagnekelders werden gegraven.

Toerroute Champagnestreek

Château Perrier – Musée du vin de Champagne et d’Archéologie Régionale Het Château Perrier, dat van 1852 tot 1857 gebouwd werd, is al sinds 1930 het museum van de champagne, maar tegelijk veel meer dan dat. Er worden ook archeologische vondsten getoond, aangevuld met tijdelijke tentoonstellingen. Achter het imposante kasteel ligt een fraaie tuin die je gratis kunt bezoeken, het kasteel zelf staat aan de Avenue de Champagne waar alle prestigieuze champagnehuizen gevestigd zijn.

Highlights dag 2

Orthodoxe Russische kerk van Saint-Hilaire-Le-Grand Gebouwd in 1936 brengt de Orthodoxe Russische kerk hulde aan de 915 soldaten die vanaf 1916 naar het Westfront kwamen en er sneuvelden. In december 1915 ging de Russische tsaar in op de vraag voor versterking aan het Westfront, hij stuurde vier infanteriebrigades (goed voor vijftigduizend soldaten) waarvan er twee in de Champagnestreek vochten aan de zijde van de Franse en Britse troepen.

La Crouée 6,4 hectare bestrijkt het militair Kerkhof van La Crouée bij het buitenrijden van het dorpje Souain en alles samen liggen er de resten van 30.734 soldaten die er in de Eerste Wereldoorlog sneuvelden. Je rijdt hier trouwens van het ene militaire kerkhof naar het andere want tijdens WOI werd in deze streek een bloedige loopgravenoorlog uitgevochten. Bij de Tweede Slag om Champagne sneuvelden tussen 25 en 27 september 1915 in amper drie dagen tijd zomaar eventjes 138.000 soldaten. Niet te vatten.

Toerroute Champagnestreek

MX Parcours de Manre Het harde parcours van MC Manre is 1.700 meter lang en per rondje moeten er 154 hoogtemeters overwonnen worden. Er wordt niet alleen getraind, ‘Le Championnat Grand-Est’ (van 65 tot 450cc) wordt ook op dit parcours gereden.

Ouvrage de la Ferté Het fort van La Ferté werd van 1935 tot 1937 gebouwd als onderdeel van de bekende Maginot verdedigingslinie. In mei 1940 werd de volledige bemanning van de kazerne, 105 personen in totaal, vergast in de ondergrondse tunnel die de twee bunkers van het complex met mekaar verbindt. Het bezoekerscentrum wordt door vrijwilligers gerund.

Toerroute Champagnestreek

Bouillon Iedereen die tijdens de lessen geschiedenis een beetje heeft opgelet kent het verhaal van Godfried van Bouillon, een van de leiders van de eerste kruistocht. Bouillon is nu vooral bekend als toeristenstad aan de Semois, veel minder bekend is dat aan het eind van de politiek woelige achttiende eeuw drie jaar lang een Republiek van Bouillon bestond. Met amper 230 vierkante kilometer en twaalfduizend inwoners stelde het niet veel voor toen het op 26 oktober 1795 werd geannexeerd door de Franse Republiek.

Toerroute Champagnestreek

Overnachten deden we bij Champagne & Chambres d’Hôtes Laval – Louis
309, Rue des bois des Jots
51480 Cumières

Tekst en route Bart De Schampheleire • Fotografie Thierry Dricot

Deel

Gerelateerde artikels

Motorreis Emma en Elliott

Elliotts eerste motorreis

Mijn papa is al bijna 25 jaar motorjournalist, da’s dus bijna dubbel zo lang als dat ik al besta. Vroeger, toen ik klein was, had