Uiteraard is Noord-Brabant niet te vergelijken met ultieme motorregio’s dicht bij huis zoals de (Franse) Ardennen of de Eifel, maar dat wil helemaal niet zeggen dat er niks te beleven valt. In de kleine dorpscentra met hun typische bestrating met rode klinkers staan de kroegen en kroegjes schouder aan schouder, tussen de dorpen liggen vaak hele mooie weidse uitzichten voor het rapen. Op naar het land van Maas en Waal.
‘Onder de gouden hemel, in de zilveren zon – speelt altijd het harmonieorkest in een grote regenton’, klinkt het onder mijn helm als we Turnhout proberen buiten te rijden. De wirwar van eenrichtingsstraten maakt het ons niet gemakkelijk, maar het vrolijke deuntje van Boudewijn De Groot dat ik al de hele ochtend aan het neuriën en vals aan het zingen ben, compenseert de ellende. Bij het buitenrijden van Turnhout blijkt het stadje ook een jachthaven te hebben (wist ik helemaal niet) en daarmee is de toon gezet voor deze route: we gaan vandaag op weg langs een samenspel van water en wind.
Wie een beetje spierkracht in de armen heeft, mikt vanuit Turnhout zo een steen over de Belgisch-Nederlandse grens. We staan dan ook al snel bij onze noorderburen en maken een rondje om Baarle-Hertog om richting Chaam te sturen. Net op het moment dat we langs de luchtmachtbasis van Gilze-Rijen passeren, stijgen twee machtige Chinook helikopters en een Apache op. Best wel indrukwekkend om die machines aan het werk te zien, voor wie hier in de buurt woont is het ongetwijfeld dagelijkse kost.
We vorderen vlotjes noordwaarts. Om bij Raamsdonkveer de Bergische Maas over te steken is de A27 snelweg de enige optie, al volgen we die slechts een paar honderd meter om bij de eerste afslag oostwaarts te zwenken. Via Dussen en Babyloniënbroek gaat het dwars door de polders en petieterig kleine dorpjes naar de Wolfsburcht in Wijk en Aalburg, een tof VW-museum waar we graag wat tijd zoek maken.
Het Heusdensch Kanaal kunnen we ‘gewoon’ over een brug oversteken, voor de overtocht van de Maas doen we een beroep op het Bernse Veer. De veerboot laat eerst een paar vrachtschepen passeren om nogal snel daarna de overtocht aan te vatten. Zowel ik als fotograaf Peter schrikken van de deining die de vrachtschepen veroorzaken en het gewiebel dat dat oplevert voor het veer. Het is met beginnende zeemansbenen dat we over de zuidelijke Maasoever koers zetten naar Heusden, een rustiek stadje met prachtige omwalling.
Kamp Vught was tijdens de Tweede Wereldoorlog het enige SS-concentratiekamp buiten nazi-Duitsland en bezorgt elke bezoeker nu nog een krop in de keel. In het Oertijdmuseum in Boxtel wordt de geschiedenis gelukkig iets luchtiger verteld. Over een mix van doorgaande wegen en kleine landweggetjes doorkruisen we Noord-Brabant. In de late namiddag beginnen de terrasjes in de dorpscentra al aardig vol te lopen, de Brabantse gezelligheid is tot op de motor voelbaar.
Van Oostelbeers gaat het naar Middelbeers waarna onvermijdelijk ook Westelbeers aan de beurt komt, soms moet je het niet te moeilijk maken als je op zoek gaat naar een dorpsnaam. Over de kaarsrechte Postelsedijk komen we weer in Vlaanderen uit, de abdij van Postel is een twijfelgeval. Enerzijds ademt de plek rust uit, anderzijds proberen hier zoveel mensen de rust op te snuiven dat het een beetje beklemmend aanvoelt.
Nog even langs het Zilvermeer en eindpunt Mol komt in zicht. Wil je de stad in, dan is parkeren bij het station de beste optie om dan de benenwagen te nemen, zo heb je je beenspieren nog eens aan het werk gezet na een pittige dag in het zadel.
Praktisch
De route start bij het Nationaal Museum van de Speelkaart in Turnhout, voor de 186 kilometer moet je rekenen op een rijtijd van ongeveer 3,5 uur. In de route zijn geen onverharde stroken opgenomen, de paar kasseistroken liggen er heel goed bij zodat je deze route probleemloos met elk type motor kunt rijden. Halfweg nemen we het Bernse Veer om de Maas over te steken. De route eindigt aan het station van Mol, van daaruit sta je over de E313 in veertig minuten aan de ring rond Antwerpen.
Nationaal Museum van de Speelkaart Met een productie van 1,3 miljoen spellen kaarten per dag (!) is Turnhout de grootste fabrikant van speelkaarten ter wereld. Turnhout heeft zijn speelkaartenindustrie te danken aan Jaak Brepols, een leerling-drukker die in 1800 de zaak van zijn werkgever Pieter Corbeels overnam. In het Nationaal Museum van de Speelkaart kom je alles te weten over Corbeels, Brepols en alles wat met de drukkunst te maken heeft.
Kasteel Dussen Kasteel Dussen in het gelijknamige dorp dateert uit de 14de eeuw. In 1935 kocht de gemeente Dussen het kasteel, dat van 1954 tot 1997 dienstdeed als gemeentehuis. Na een verkoop aan het Monumenten Fonds Brabant in 2013 kwam er in 2020 een nieuwe verkoop. De zakenpartners Niek Van Lieverloo en Klaas Van Leengoed – die eerder al Kasteel Vught omvormden tot een locatie voor feesten en partijen – deden hun kunstje nog eens over met Kasteel Dussen.
Kamp Vught Konzentrationslager Herzogenbusch ofte ‘Kamp Vught’ was in de Tweede Wereldoorlog het enige SS-concentratiekamp buiten nazi-Duitsland. Nationaal Monument Kamp Vught vertelt het verhaal van de oorlogsgruwel, vlakbij het museum ligt de fusilladeplaats waar tijdens de oorlog, verscholen in het bos, 329 mannen werden geëxecuteerd. Vlakbij Kamp Vught ligt het Nederlandse geniemuseum, aan de andere kant van de weg kan je verkoeling vinden in recreatieplas IJzeren Man.
Oertijdmuseum Meer dan 85.000 bezoekers krijgt het Oertijdmuseum van Boxtel jaarlijks over de vloer. Niet slecht voor een museum dat in 1971 ontstond toen de familie Fraaije naar Overijssel trok voor een dagje uit, er fossielen vond in een grindgroeve en vanaf dan alles begon te verzamelen wat naar geologie en fossielen ruikt. Het museum werd in 1999 gebouwd en in 2007 uitgebreid met een dinosaurushal. De enorme geologische collectie vertelt de geschiedenis van Nederland en van de aarde.
Classic Park De uitbaters omschrijven het wel als een automuseum, in werkelijkheid is Classic Park een verkoophal van auto’s en oldtimers. 35 tweedehands Volkswagen Polo’s op een rij is niet speciaal, het aanbod oldtimers dat te koop wordt aangeboden is dat wel. Van een Ford T tot een BMW M3 en alles daartussenin: het is best aangenaam wandelen door Classic Park. En bovenal gratis.
Abdij van Postel In de abdij van Postel wonen nog steeds Norbertijnen, in de 28 kamers bij de abdij is er plaats voor 39 gasten die van de rust willen genieten. Te midden van de bossen op de grens van België met Nederland is de abdij van Postel een aangename plek om even de beentjes te strekken, al heeft de site ook wel een hoog ‘Okra-gehalte’.
Tekst en route Bart De Schampheleire • Fotografie Peter Naessens